Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Bram Budel
wetenschap

‘Cynisme werkt niet, leraren moeten aan de bel durven trekken’

Daniël Rommens,
28 september 2017 - 16:22

Ze loopt op haar Faculteit Onderwijs & Opvoeding (FOO) dagelijks tussen toekomstige en beginnende leraren, maar decaan Ietje Veldman promoveerde woensdag op een onderzoek naar leraren die al jaren in het vak zitten. ‘Het leraarschap werd altijd gezien als een soort kloosterorde. Als je er eenmaal in zit, kom je er heel moeilijk uit.’

Ietje Veldman (65) onderzocht de arbeidstevredenheid van oudere leraren en de kwaliteit van hun relatie met leerlingen. Niet alle leraren houden het namelijk vol om tot het einde van hun carrière voor de klas te blijven staan. Er is volgens Veldman niet genoeg aandacht voor deze groep. ‘Een docent zei tegen me: “Het is de eerste keer in jaren dat iemand vraagt hoe het met me gaat op het werk.”’

 

U bent een lerarenopleider. Dan moet u zich toch juist op toekomstige leraren richten?

‘We stellen vaak de vraag hoe we jonge leraren in het beroep houden. En terecht, want de uitval van beginnende leraren is hoog. Maar laten we ook eens denken aan mensen die al langer in het vak zitten.

Ontevreden leraren zeggen vaak dat ze een gebrek aan autonomie voelen of dat de schoolleiding hen laat zitten. Ze geven in eerste instantie niet aan dat ze, mede daardoor, moeite hebben om een goede relatie met hun leerlingen op te bouwen. Tevreden leraren geven juist vaak aan dat de relatie met leerlingen een belangrijke motivatie voor hen is.

Ik vond in mijn studie dat oudere leraren het moeilijk vinden om in te schatten hoe die relatie met leerlingen is. Leerlingen beoordelen die relatie soms behoorlijk anders dan leraren zelf. In veel gevallen overschatten of onderschatten leraren hun band met leerlingen.’

‘In veel gevallen overschatten of onderschatten leraren hun band met leerlingen’

Op basis van haar onderzoek stelt Veldman voor om de relatie leraar-leerling een belangrijk thema te laten zijn bij coaching van oudere leraren, ook bij oudere leraren die nog steeds tevreden zijn met hun werk. ‘Dat is niet alleen in het belang van de leraar zelf, maar ook van de leerling.’

 

En wat hebben uw studenten daar aan?

‘Een leraar heeft zelf de verantwoordelijkheid om in de gaten te houden hoe het professioneel met hem of haar gaat. Werk je in een omgeving met collega's die het normaal vinden om aan de bel te trekken - waar twijfels over je eigen kunnen bespreekbaar zijn, dan is dat waarschijnlijk positief voor je carrière. Kom je in een team met cynische leraren, dan heeft dat een negatieve voorbeeldfunctie.’

 

Zijn leraren die nu worden opgeleid niet sowieso al veel beter in staat om op hun eigen functioneren te reflecteren?

‘Wij oefenen met onze studenten hoe ze in de gaten kunnen houden hoe ze zelf functioneren. We vragen ze: hoe kun je in de gaten houden wat je zelf belangrijk vindt en heb je ook door hoe jouw leerlingen je ervaren? Ze leren - met een besmet woord - reflecteren.’

 

Een besmet woord?

‘Leren reflecteren is op zich goed. Waar ik wel voor wil waken is dat studenten eindeloos vaak verslagen moeten schrijven om hun eigen ontwikkelingen bij te houden. Het woord reflecteren heeft die connotatie een beetje gekregen. Graag alleen een kort verslag wanneer dat ook echt nut heeft. Die discussie probeerde ik in de afgelopen jaren hier op de faculteit aan te zwengelen.

U kunt toch gewoon zeggen dat ze het anders moeten doen?

‘Als bestuurder probeer ik vooral met docententeams mee te denken hoe we ons werk beter kunnen doen. Natuurlijk, je moet soms knopen doorhakken, maar ik doe dat pas als ik veel betrokkenen heb gesproken. Ik geloof niet dat je als bestuurder kunt zeggen: zo gaan we het doen, zonder draagvlak. Ik heb zelf lang genoeg aan de uitvoerende kant gewerkt om te weten dat dat niet werkt.’

 

Op 12 oktober neemt Veldman afscheid van de faculteit, waar zij vier jaar lang heeft gewerkt. Na 42 jaar werken in het onderwijs is het tijd voor iets anders, schreef Veldman in april in een e-mail, waarin ze haar afscheid aankondigde. Naast het besturen van de faculteit, rondde ze in haar vrije uren haar proefschrift af. ‘Ik kan het iedereen afraden om dat tegelijkertijd te doen.’

‘Ik denk dat het goed is om te stimuleren dat je het leraarschap ook voor een tijdje kunt doen’

Waarom heeft u het dan zo gedaan? Je ziet ook vaak dat mensen na hun pensioen promoveren.

‘Dat onderzoek hoort bij mijn werk in het onderwijs. Het is heel persoonlijk, maar door het nu af te ronden voelt het alsof de cirkel rond is. Ik had de onderzoeksdata al klaarliggen toen ik bij de HvA begon. Het was zwaar om de laatste twee artikelen, te schrijven en daarna het geheel aan elkaar te schrijven tot een proefschrift. Dat kostte veel tijd en zweet.

Promoveren was nooit een doel op zich. Ik ben al twintig jaar betrokken bij onderzoek naar wat we interpersoonlijk leraarsgedrag noemen. Eerst kwam ik langs bij onderzoekers om de stem van de praktijk te vertegenwoordigen en later ben ik zelf steeds meer onderzoek gaan doen. Op een gegeven moment wilde ik mijn eigen project. Ik wilde mezelf blijven ontwikkelen. Bovendien zag ik dat sommige leraren in van mijn eigen generatie het moeilijk kregen. Ik vroeg me toen af: wat heeft dat te maken met hoe ze met leerlingen omgaan.’

 

Jonge leraren wordt ook aangeleerd om zich te blijven ontwikkelen. Is het nog wel van deze tijd om te denken dat zij hun hele leven voor de klas zullen staan?

‘Nee. Ik denk dat het goed is om te stimuleren dat je het leraarschap ook voor een tijdje kunt doen. Het leraarschap werd lang gezien als een soort kloosterorde. Als je er eenmaal in zit, dan kom je er alleen nog met heel veel moeite uit. Daar moeten we vanaf.’

 

Ietje Veldman promoveerde gisteren in de onderwijskunde aan de Universiteit Leiden op haar proefschrift Stay or Leave? Veteran teachers’ relationships with students and job satisfaction. Het is nog niet bekend wie de opvolger van Ietje Veldman wordt als decaan van de Faculteit Onderwijs & Opvoeding van de HvA.