Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
opinie

Zwarte Piet en de Super-Duper Magic Negro

Dan Hassler-Forest,
15 november 2011 - 10:41
Deel op
Afgelopen weekend werd overal in Nederland de intocht van Sinterklaas op traditionele wijze gevierd. Onder andere in Dordrecht en Amsterdam probeerden activisten de aanwezige ouders (en wellicht de wat oudere kinderen) te wijzen op de wat minder prettige aspecten van dit jaarlijkse kinderfeest: demonstranten deelden anti-racistische pamfletten uit, en verschillende mensen droegen T-shirts waarop de leuze 'Zwarte Piet is Racisme' stond afgedrukt. Deze politiek correcte boodschap werd de demonstranten niet in dank afgenomen, aangezien de politie hardhandig optrad tegen deze kleine groepen demonstranten. Nederlanders reageren in mijn ervaring wel vaker betuttelend of zelfs een beetje agressief als je je kritisch uitspreekt tegenover deze eeuwenoude traditie van een wijze, blanke goedheiligman die omringd wordt door onnozele hulpjes met zwartgeverfde gezichten. De vergelijkbare traditie van 'black-face' heeft in de Amerikaanse film al een lange en problematische geschiedenis, en de figuur van de Super-Duper Magic Negro duikt nog steeds op in menig Hollywoodfilm op manieren die wel wat weg heeft van onze eigen Zwarte Piet.



Filmmaker Spike Lee bracht het populaire archetype van de Super-Duper Magic Negro onder de aandacht tijdens een reeks lezingen die hij in 2001 gaf aan een aantal verschillende prominente Amerikaanse universiteiten. Hij bekritiseerde hierin het feit dat zwarte personages in de meeste Hollywoodfilms enkel aanwezig zijn om de (uiteraard blanke) hoofdpersoon te dienen: de Super-Duper Magic Negro (SDMN) is vaak een conciërge of schoonmaker zonder eigen achtergrond of plot, die op cruciale momenten verschijnt om de held moed in te spreken. Hij maakt een mystieke indruk en beschikt over nagenoeg magische vermogens om de toekomst te voorspellen of diepe wijsheden te verkondigen. Zelf wordt hij hiervoor niet beloond: zodra hij zijn rol in het verhaal heeft gespeeld, verdwijnt hij als vanzelf weer naar de achtergrond.

De belangrijkste kenmerken van de SDNM kunnen als volgt worden opgesomd:

  • Hij/zij is een niet-blanke persoon in een verhaal over voornamelijk blanke karakters;

  • Hij/zij lijkt geen andere belangrijke taken te hebben naast het bijstaan of adviseren van de blanke held, die doorgaans een vreemde voor hem/haar is;

  • Hij/zij verdwijnt, sterft, of brengt een groot offer tijdens of na het bijstaan van de blanke held;

  • Hij/zij is ongeschoold, gehandicapt, armlastig, of (vaak) alledrie;

  • Hij/zij is wijs, geduldig, spiritueel en beschikt vaak over magische krachten.


De meest beruchte voorbeelden komen we tegen in films als The Legend of Bagger Vance, waarin Will Smith een SDMN speelt die op magische wijze verschijnt wanneer de blanke hoofdpersoon hulp nodig heeft, om aan het eind van het verhaal weer spoorloos te verdwijnen; en The Green Mile, waarin Michael Clarke Duncan als letterlijk magische neger het verhaal van Tom Hanks dankzij zijn edelmoedige offer invulling mag geven.



The Green Mile was gebaseerd op een boek van Stephen King, die zich als auteur wel vaker bedient van dit racistische stereotype: in zijn boeken The Shining, The Stand en The Talisman (en hun verfilmingen) zien we steeds opnieuw duidelijke voorbeelden van zwarte personages die 'toevallig' aan de meeste bovengenoemde kenmerken voldoen. Maar ook grote, gerenommeerde filmmakers als de gebroeders Coen hebben zich vaak van dit archetype bediend: in O Brother, Where Art Thou? komt George Clooney aan het begin van de film een zwarte ziener tegen die hem een magische opdracht geeft en in The Hudsucker Proxy is het enige niet-blanke personage de conciërge die de grote klok moet onderhouden en die op magische en spectaculaire wijze ingrijpt tijdens een cruciale eindscène.



In tegenstelling tot de meer aanstootgevende manier waarop niet-blanken in het begin van de twintigste eeuw in beeld werden gebracht, zien we in deze naoorlogse stereotyperingen minder agressieve vooroordelen: de SDMN is geen onderdanige slaaf in de letterlijke zin, maar wordt nu op een andere manier gekleineerd en consequent buiten de boot gehouden. Deze verschuiving komt sterk overeen met de manier waarop in Nederland de rol van Zwarte Piet is ingevuld. Tot een paar decennia geleden sprak het hulpje van Sinterklaas een soort proto-koloniaal koeterwaals, of anders Nederlands met een Surinaams accent en was hij een luie, onhandige kluns die de bekende racistische vooroordelen overduidelijk belichaamde. Tegenwoordig is Piet slimmer, mondiger en een stukje minder slaafs dan vroeger. Maar net als de Super-Duper Magical Negro blijft het een onderdanige figuur die de dominante (blanke) cultuur dient, en die mensen met een niet-blanke huid consequent typeren als inherent anders dan de (vanzelfsprekend blanke) 'gewone' meerderheid. Iets meer bewustwording van het inherente racisme van dit soort tradities, zowel in de film als in nationale feesttradities, zou daarom geen kwaad kunnen.