Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

‘Het is niet onze schuld. De leenstelselgeneratie moet gecompenseerd worden’

Bart Hartog,
12 maart 2021 - 12:39

Nu de kans groot is dat de basisbeurs weer terugkomt moeten studenten die verplicht moesten lenen gecompenseerd worden, vindt student Identity & Integration Bart Hartog. ‘De invoering van dit leenstelsel is een fout geweest. En fouten compenseer je.’

Ik heb een halve ton schuld. Een halve ton. Omdat ik na 2015 ging studeren, in de huidige tijd waarin je zonder lening geen studie kan doen. Een stelsel waarin je, als jongere die voor een minimumloon werkt, gedwongen bent om te lenen.

 

Het leenstelsel kwam, natuurlijk, uit de koker van Rutte-II, maar wist het helaas te halen door de medewerking van linkse partijen. Hun redenering was ‘we kunnen de bakkers niet voor de studie van de advocatenzonen laten betalen’. Hierbij redeneerden ze dat we een goed stelsel – dat van een basisbeurs – moesten afschaffen om de enkele advocatenzonen die er ‘misbruik’ van maakten, in plaats van het te behouden voor de vele bakkerszonen die er baat bij hadden. Dat is ze op veel kritiek komen te staan, in de politiek, bij verkiezingen, en op straat.

‘Ik werkte altijd minimaal twintig uur per week, maar liep juist daardoor studievertraging op, waardoor de lening weer opliep’

Bovendien: het leenstelsel zou goed zijn voor het onderwijs en de studenten, het zou de kwaliteit ten goede komen, er zou extra geld voor onderwijs zijn, en dat zouden we als studenten merken. Misschien is het een geesteswetenschappenkwaaltje, maar hier is enkel bezuinigd. Het onderwijs is verschraald. Een derde van de onderwijsinstellingen heeft nog niet eens een plan voor waar het geld heen moet. En bij degene die het wel hebben, wordt onder meer geïnvesteerd in stopcontacten en flexibel meubilair – in plaats van in docenten en daadwerkelijke onderwijsverbeteringen. Bij de onderwijsinstellingen waar het wel goed wordt besteed blijkt het een schrale compensatie te zijn van eerdere bezuinigingen.

 

Gevolgen van het leenstelsel

Het onderwijs werd er dus niet merkbaar beter op, en dankzij het leenstelsel ging ik, en vele anderen met mij, meer werken om minder te hoeven lenen. Ik werkte altijd minimaal twintig uur per week, maar liep juist daardoor studievertraging op, waardoor de lening weer opliep. Daarnaast loonde dat werk helemaal niet. Het minimumjeugdloon was in 2016 voor achttienjarigens 45,5 procent van het volwassen loon: 4,01 euro per uur. Bij een wettelijk collegegeld van 166 euro per maand dat jaar moest je dus al tien uur per week werken om alleen je collegegeld te betalen.

 

En dan had ik nog geen boterham gegeten, nog geen dak boven mijn hoofd, niks. Dus boven op een minimumjeugdloon dat scheefgegroeid was, kwam een leenstelsel waardoor jongeren die door wilden leren geen andere mogelijkheden hadden dan óf heel veel geluk hebben met een goedbetaalde baan, óf jezelf in de schulden steken. Dat laatste hebben we vooral gedaan. Massaal, kijk maar eens op schuldenteller.nl. Alle studenten die lenen hebben op het moment van schrijven samen 21 miljard euro aan studieschuld.

‘We willen compensatie voor leenstelselgeneratie, en dit mag niet komen uit de onderwijsbegroting’

De strijd voor verbetering

Jongeren zullen de rekening van de crisis betalen – maar met welk geld? We hebben vooral een gigantische hoop schuld, die we niet willen. Het is duidelijk dat het leenstelsel de kwaliteit van het onderwijs niet heeft verbeterd, het leven van studenten niet heeft verbeterd, en ons eigenlijk niets heeft gebracht.

 

Daarom leveren jongeren sinds de invoering strijd tegen het leenstelsel, en voor een hoger minimum(jeugd)loon. In juni 2019 boekten we succes: het volwassenminimumloon ging gelden voor iedereen van 21 jaar en het minimumjeugdloon voor achttienjarigen ging omhoog.

 

Maar we willen meer. We willen schuldenvrij afstuderen, compensatie voor de leenstelselgeneratie, en dit alles mag niet uit de onderwijsbegroting komen. Er moet juist méér geld naar onderwijs.

 

Waarom compensatie? Nou, omdat het een experiment is geweest. Een gefaald experiment. We hebben ons nagenoeg verplicht in de schulden moeten steken, zonder daar ook maar iets voor terug te krijgen. Dat wij die schuld moesten aangaan, is niet onze schuld – we konden niet eens stemmen op dat kabinet, we waren nog te jong.

 

Op het moment dat de basisbeurs wordt geherintroduceerd, wordt dit overheidsbeleid in feite teruggedraaid. Dan wordt erkend dat het een fout was van de overheid, dat het uiteindelijk – zoals wij altijd al riepen – een slecht idee is geweest. En fouten, die compenseer je. Al helemaal als het een fout is die ervoor zorgt dat een hele generatie aan jongeren straks geen huis kan kopen, geen geld voor een auto kan lenen, enzovoorts.

‘En ik heb nog geluk – ik ben wit, man, hetero, heb een baan, ouders om op terug te vallen, een woning, genoeg te eten en drinken en geld over voor iets leuks. Een groot deel van ons heeft dat niet’

Onderwijs: een luxe

Normaal leven na je opleiding wordt door het leenstelsel steeds meer een luxe, en dat is onacceptabel. In een ontwikkeld, democratisch land dat zich met trots een kenniseconomie noemt, is kennis onmisbaar, en is de toegankelijkheid van kennis uiterst belangrijk. En ja, we kunnen nog steeds een opleiding volgen, maar tegen welke prijs? We moeten lenen om het te kunnen betalen, want van het minimumjeugdloon valt een studie niet te betalen. Hierdoor gaan we als Atlas met de schuld op onze schouders ons werkende leven in. Het is regelrechte kansenverarming. Wij willen schuldenvrij kunnen afstuderen.

 

Ik heb een halve ton schuld. Een halve ton. En ik ben nog niet eens klaar met mijn opleiding, en ik heb ernaast altijd minimaal twintig uur in de week gewerkt. Tuurlijk, ik had op kleinere voet kunnen leven. Misschien met de helft – maar niet in Amsterdam, niet op kamers, niet zelfstandig. En ik heb nog geluk – ik ben wit, man, hetero, heb een baan, ouders om op terug te vallen, een woning, genoeg te eten en drinken en geld over voor iets leuks. Een heel groot deel van ons heeft (sommige) van die privileges niet. Daarom moeten we met zijn allen de verbetering afdwingen, op alle vlakken. We komen alleen uit deze crisis door solidair te zijn, door de sterkste schouders de zwaarste lasten te laten dragen en door (kansen)ongelijkheid te bestrijden. Dus: stem op 17 maart voor een partij die onze eisen ondersteunt, en demonstreer morgen mee tegen het leenstelsel.

 

Bart Hartog is masterstudent Identity & Integration aan de UvA, en een van de organisatoren van het protest tegen het leenstelsel dat zaterdag in Amsterdam plaatsvindt.