Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Marc Kolle (archief)
opinie

‘Waarom wij als partij ons vertrouwen opzeggen in het stembureau’

15 september 2020 - 09:21

Studentenpartij Trots op FGw (TOF) heeft er geen vertrouwen in dat het huidige stembureau de studentenraadsverkiezingen nog in goede banen kan leiden. Dat schrijft ze in een open brief aan het stembureau. ‘Dit debacle is het zoveelste voorbeeld van een universiteit die de democratische medezeggenschap niet serieus neemt.’

Beste leden van het Centraal Stembureau, beste lezer,

 

Op dinsdag 1 september werd duidelijk dat het Centraal Stembureau (CSb) van de Universiteit van Amsterdam het bezwaar dat Tammie Schoots indiende naar aanleiding van de afgelopen verkiezingsuitslag ongegrond heeft verklaard. Eerder vond er al een hoorzitting plaats over het bezwaarschrift van Tammie Schoots, die lijsttrekker is van de Anti-Coronapartij. Partij TOF is geschokt door de onwil die het stembureau toont om de zaak te onderzoeken en hoe weinig serieus ze de klachten neemt. Het CSb blijkt niet toe te kunnen zien op een eerlijk verloop van de verkiezingen en daarom zeggen wij het vertrouwen in het stembureau op.

‘Het is aan het Stembureau om te bewijzen dat er ondanks signalen niet gefraudeerd is. Daarvoor zijn zij aangenomen en dat zij deze taak verzuimen is onacceptabel’

Omkoping

De partijen Inter en List Sefa hebben tijdens de verkiezingen met winacties die het campagnebudget ver overschreden geprobeerd stemmen te verkrijgen, wat een vorm van omkoping is. In haar verweer tijdens de hoorzitting kwam het stembureau met drogreden na drogreden. Zo zou er geen sprake zijn geweest van omkoping omdat deelnemers aan de winacties niks beloofd werd, zij maakten slechts kans op een prijs, waarbij de winkans klein was. Verder stelde het CSb dat de in het vooruitzicht gestelde prijzen nooit zijn uitgereikt, waardoor er volgens haar geen sprake van omkoping is. In haar beslissing bevestigt het CSb dat ‘op geen enkele wijze aannemelijk is geworden dat er stemmen zijn gekocht’. Het stembureau spreekt hiermee haar eigen eerdere statement tijdens de verkiezingsweek tegen, waarin ze stelde dat ‘het door partijen in het vooruitzicht stellen van cadeaus zonder de tegenprestatie van een stem exclusief op één partij wordt eveneens gezien als het kopen van stemmen vanwege de schijn die daardoor gemakkelijk ontstaat.’

 

Dat het CSb een schokkende onwil toont om de zaak te onderzoeken, blijkt ook uit de manier waarop zij tijdens de hoorzitting voortdurend probeerde de bewijslast om te draaien. Het CSb klampt zich vast aan het feit dat Schoots geen bewijs kan leveren voor de fraude, terwijl Schoots voldoende bewijs voor mogelijke fraude levert. Het is aan het CSb om te bewijzen dat er ondanks deze signalen niet gefraudeerd is. Daarvoor zijn de leden van het CSb aangenomen en dat zij deze taak verzuimen is onacceptabel.

‘De afgelopen verkiezingen hebben laten zien dat niet alle partijen in staat zijn de Fair Play Agreement na te leven wanneer hier geen consequenties aan verbonden worden’

Externe financiering

Tijdens de hoorzitting werd duidelijk dat ook de aanwijzing dat campagnes mogelijk extern gefinancierd zouden worden door het stembureau niet als probleem wordt gezien. Partijen doen nu eenmaal aan acquisitie. Het CSb kon begrijpen dat Schoots het ‘niet leuk vond’ dat zij als eenmanspartij minder budget had dan andere partijen, maar verboden is het niet. Het is een argument waar het stembureau zich vaker op beriep, zo ook toen Schoots het stembureau erop wees dat Sefa gebruik heeft gemaakt van de maillijsten van studievereniging Sefa om campagne te voeren. De acties van Sefa en Inter zijn volgens het CSb dan wel niet erg netjes, maar niet verboden. Dat het kopen van stemmen in een democratische verkiezing principieel ontoelaatbaar is, zouden de deelnemende partijen echter hebben moeten begrijpen.

 

Dat partijen zich weinig aantrekken van het waarborgen van eerlijke verkiezingen, blijkt aan de manier waarop zij voorbij zijn gegaan aan de afspraken die de partijen maakten in de Fair Play Agreement. De Fair Play Agreement is een verzameling afspraken, zonder juridische status, maar waar alle partijen zich aan beloven te houden tijdens de verkiezingen. Hierin is onder andere afgesproken dat ‘ten einde een gelijk speelveld te creëren, bij studieverenigingen aangesloten partijen hun e-maillijsten niet zullen gebruiken om potentiële kiezers te bereiken, e.g. Partij Mfas, Lijst Sefa. Er moet een duidelijke scheiding zijn tussen studievereniging en partij, ook al is de naam hetzelfde. Geld dat wordt verdeeld onder de verenigingen, maar niet bedoeld is voor verkiezingen, wordt niet gebruikt voor verkiezingen.’ Verder kunnen partijen ‘alleen het geld dat afkomstig is van de bijdragen van hun leden (wat wordt betaald voor lidmaatschap) of het geld dat ze van de UvA krijgen om campagne te voeren gebruiken voor hun campagne. Geld van derden mag voor dit doel niet worden gebruikt.’

‘Het stembureau heeft afgelopen verkiezingen laten zien dat zij niet in staat is een eerlijke verkiezing te faciliteren’

Regels worden niet nageleefd

De afgesproken regels zijn formeel, maar niet bindend en op het niet naleven van de overeenkomst staat geen straf. Het CSb stelt in haar beslissing dat geen van de partijen aan heeft gegeven financiële steun van derden te hebben ontvangen, maar je kunt je afvragen hoe een partij als Inter erin slaagde meerdere dagen blenders, koffiemachines en cadeaubonnen te verloten met slechts het campagnegeld van de UvA tot haar beschikking. De afgelopen verkiezingen hebben laten zien dat niet alle partijen in staat zijn de Fair Play Agreement na te leven wanneer hier geen consequenties aan verbonden worden.

 

Tijdens de hoorzitting werd al duidelijk dat het CSb het bezwaar van Tammie Schoots niet serieus neemt. Waar het de taak van het CSb is om toe te zien op een eerlijk verloop van de verkiezingen, en bij elk signaal van mogelijke fraude alle alarmbellen moeten gaan rinkelen, lijken ze vooral de roerige verkiezingsperiode zo snel mogelijk achter zich te willen laten. Uit hun beslissing over het bezwaar wordt duidelijk dat het CSb weigert de hand in eigen boezem te steken en te kijken wat zij kan doen om eerlijke verkiezingen in de toekomst wél te waarborgen. Bovendien laat ook haar communicatie over de bezwaarprocedure te wensen over: de partijen vernamen via Folia dat er een bezwaarprocedure was gestart en de uitnodiging voor de hoorzitting kwam minder dan 24 uur voordat deze hoorzitting plaatsvond.

 

Dit debacle met het CSb is het zoveelste voorbeeld van een universiteit die de democratische medezeggenschap niet serieus neemt. Het stembureau heeft afgelopen verkiezingen laten zien dat zij niet in staat is een eerlijke verkiezing te faciliteren en dient af te treden. Verder roepen wij een nieuw stembureau op om afspraken over het budget voor de verkiezingscampagne vast te leggen door de afspraken uit de Fair Play Agreement op te nemen in het kiesreglement. De budgetten voor de verkiezingscampagne dienen te worden gemonitord. Bovendien moet het CSb handhaven dat er geen bemoeienis van derde partijen is in de studentenraadsverkiezingen van de UvA.

 

Emma Kat studeert geschiedenis en is voorzitter van Partij TOF.

Lotus Friede studeert filosofie en is actief lid van Partij TOF.