Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Marc Kolle (Folia-archief)
opinie

‘Universiteiten zijn tegenwoordig artikelen- en diplomafabrieken’

Paul de Beer,
19 september 2019 - 07:18

Ja, er is meer geld nodig voor de wetenschap, maar tegelijkertijd moeten we een wezenlijker debat voeren over wat de academische gemeenschap moet zijn, schrijft bijzonder hoogleraar arbeidsverhoudingen Paul de Beer. ‘Wetenschappers lijken steeds meer op Charlie Chaplin in Modern Times: het zijn fabrieksarbeiders die aan de lopende band gestandaardiseerde producten afleveren.’

Wat is het doel van wetenschappelijk onderzoek? Ik zou zeggen: meer inzicht en begrip krijgen van hoe de wereld werkt.

 

En wat is het doel van wetenschappelijk onderzoek aan de huidige universiteiten? In maximaal 8.000 woorden volgens een standaard stramien – theorie, data, methode, analyse en conclusies – tonen dat je de onderzoeksvaardigheden beheerst die in je vakgebied vereist zijn.

 

Wat is een academicus? Ik zou zeggen: een onafhankelijk en kritisch denker die op basis van rationele afwegingen en gebruik makend van eerder opgebouwde kennis nieuwe inzichten probeert te verwerven in hoe de wereld werkt.

‘Wetenschappers lijken steeds meer op Charlie Chaplin in Modern Times: het zijn fabrieksarbeiders die aan de lopende band gestandaardiseerde producten afleveren’

Op een gestandaardiseerde manier standaardproducten afleveren

En hoe worden academici aan de huidige universiteiten opgeleid? Ze worden klaargestoomd om op een gestandaardiseerde manier een standaardproduct – het wetenschappelijke artikel – te kunnen afleveren. Creativiteit en tegendraadsheid zijn daarbij meestal geen pre, maar kunnen juist tegen je werken. Probeer maar eens een proefschrift goedgekeurd te krijgen dat haaks staat op de geaccepteerde denkwijze in je discipline en een onorthodoxe benadering volgt.

 

Een echte wetenschapper zou in mijn ogen veel meer op een kunstenaar moeten lijken en echte wetenschap op kunst, met het cruciale verschil dat wetenschap primair op de ratio is gebaseerd en kunst op gevoel voor esthetiek. In de praktijk lijken wetenschappers echter steeds meer op Charlie Chaplin in Modern Times: het zijn fabrieksarbeiders die aan de lopende band gestandaardiseerde producten afleveren.

 

Universiteiten zijn steeds meer verworden tot Tayloristische artikelen- en diplomafabrieken, waarvan het voornaamste doel is tegen zo laag mogelijke kosten zoveel mogelijk artikelen en gediplomeerden te produceren.

 

Routinematige, voorspelbare en weinig innovatieve wetenschap wordt beloond

Een willekeurig voorbeeld: onderzoeksvoorstellen voor de Nationale Wetenschapsagenda Onderzoek op Routes door Consortia 2019 worden mede beoordeeld op grond van de eis dat ‘er een aannemelijke kans [is] op een wetenschappelijke doorbraak’, waarbij je dan tevens dient aan te geven ‘wat’ die doorbraak is en ‘hoe omvangrijk’ hij is. Het is alsof je Einstein alleen een subsidie zou hebben gegeven om zijn relativiteitstheorie te ontwikkelen als hij van tevoren had aangegeven wat die theorie inhoudt en hoe groot de impact ervan zou zijn. Juist door een doorbraak als beoordelingscriterium te hanteren, stimuleert de Nationale Wetenschapsagenda feitelijk routinematige, voorspelbare en weinig innovatieve en creatieve wetenschap.

‘Er is een veel fundamenteler debat nodig over wat waardevolle wetenschap is en met welk doel we jonge mensen willen opleiden tot academicus’

Het gevolg is dat de academische wereld bijdraagt aan een enorme overproductie van wetenschap zonder werkelijke waarde en aan verspilling van menselijke creativiteit. Sterker nog, ik vrees dat velen die het in zich hebben om in de ware zin van het woord academicus te worden, voortijdig afhaken omdat de universiteit hun streven eerder fnuikt dan ondersteunt. Zo kweken we een klasse van academici die op tal van objectiveerbare en kwantificeerbare criteria uitstekend scoren, maar hoogst zelden een waardevol nieuw wetenschappelijk inzicht voortbrengen.

 

Minder turven en minder tellen

Willen we van de universiteit weer een echte academische gemeenschap maken, dan zal de wijze waarop we universiteiten en individuele wetenschappers beoordelen en financieren, ingrijpend moeten worden gewijzigd. Kwantitatieve criteria – zoals aantallen publicaties en aantallen diploma’s – zullen plaats moeten maken voor meer kwalitatieve criteria. Dat is zeker niet eenvoudig en er zullen daardoor onvermijdelijk ook meer subjectieve elementen in de beoordeling sluipen. Maar liever dat dan de huidige praktijk van turven van publicaties en citaties. Er zal ook meer ruimte moeten komen voor wetenschappers en studenten die meer onorthodoxe en onontgonnen paden willen bewandelen. Ook dat is lastig, want we willen geen universiteit vol querulanten. Maar ook hier moet een tussenweg te vinden zijn.

 

Meer geld alleen is zeker niet voldoende (en misschien zelfs niet noodzakelijk) om van de universiteiten weer een echte academische gemeenschap te maken. Er is een veel fundamenteler debat nodig over wat waardevolle wetenschap is en met welk doel we jonge mensen willen opleiden tot academicus. Het is de hoogste tijd om deze discussie te beginnen.

 

Paul de Beer is bijzonder hoogleraar arbeidsverhoudingen aan de UvA. Dit is een bewerking van een speech ter gelegenheid van De ware opening van het Academische Jaar op 2 september 2019 in Leiden.

Lees meer over