Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

Stella’s waslijst | ‘Trotseerde ik acht jaar al die verleidingen voor dit papiertje?’

Stella Vrijmoed,
25 juni 2019 - 13:42

Faalangst, prestatiedruk en keuzestress: hoe leuk is studeren nog? En dan heb je ook nog eens een waslijst aan praktische dingen te leren op weg naar die verdomde volwassenheid. Stella en Eva schrijven het om en om van zich af. Dit keer: moet je trots zijn op je masterdiploma?

Ik zou afgelopen donderdag ‘even’ mijn masterdiploma ophalen in Groningen. Het zou een individuele uitreiking zijn van een kwartier. Krabbeltje zetten in een suf kamertje, dacht ik. Pap en mam konden wel mee en dus togen we op pad naar het noorden.

 

Na een relaxte lunch liepen we naar de deur van de faculteitskamer in het Academiegebouw. Daar begon ik ineens een klein beetje zenuwachtig te worden, terwijl ik toen nog niet eens wist wat voor kamer er achter die deur zat. Het meisje voor mij zei: ‘Veel plezier!’ en ik dacht nog: ‘Plezier?’

 

De faculteitskamer bleek zo’n heel statige met portretten aan de muur. En er was een tafel waaraan ik in mijn eentje moest gaan zitten tegenover twee officiële mensen. Mijn scriptiebegeleider hield een megalieve toespraak. Ik werd een beetje ongemakkelijk. Om mijn gezicht in de plooi te houden lachte ik de hele tijd maar heel breed, maar eigenlijk moest ik huilen. Altijd zo confronterend als mensen dingen tegen jou over jou zeggen die kloppen, laat staan in zo’n setting.

‘Mijn broers en zus hadden allemaal al een master voordat ik überhaupt begon met studeren. Ik ging dus ook naar de universiteit’

Met een gouden mapje, een alumniboek en een ballon stond ik vijftien minuten later weer op de gang. Ik bekeek de inhoud van het mapje: mijn cijferlijst en mijn in het Latijn opgestelde masterdiploma, ondertekend en al. Toen vroeg ik me af: wat voor betekenis hebben deze papiertjes eigenlijk?

 

Door de plechtige woorden van de mensen tegenover me die me Master of Arts verklaarden en de trotse blikken van mijn ouders dacht ik er ineens niet meer zo laconiek over als eerst. Wat voor kracht heeft zo’n mastertitel? Wat veroorzaakt die trots? En verdien ik die trots eigenlijk wel?

 

Voor sommigen is het behalen van een master een enorme mijlpaal omdat zij de eersten zijn in hun familie die dit bereiken. Een ander heeft keihard geknokt om van vmbo naar uni te komen: voor diegene is een master misschien een toegangskaart naar het beroep waar diegene al van jongs af aan van heeft gedroomd.

 

Soms voel ik me maar een luxepaardje, want ik heb eigenlijk nooit zo stil gestaan bij de betekenis van zo'n titel en waarom ik ‘m wilde halen. Mijn broers en zus hadden allemaal al een master voordat ik überhaupt begon met studeren. Ik ging dus ook naar de universiteit. Gelukkig kon en mocht ik dat ook gewoon.

‘Hier kwam ik aan de lopende band mensen tegen die slimmer en beter waren dan ik. Ik bleek geen academisch wonder, mijn cijfers waren altijd gemiddeld’

Leren is me altijd makkelijk af gegaan, al viel ik op de uni wel keer op keer door de mand. Hier kwam ik aan de lopende band mensen tegen die slimmer en beter waren dan ik. Ik bleek geen academisch wonder, mijn cijfers waren altijd gemiddeld. Het grootste probleem was mijn focus. Ik heb altijd moeten worstelen om die te vinden. Studeren is maar lastig in een stad waar je constant afgeleid wordt door feestjes, vriendjes, appjes en Netflix. Toch trotseerde ik tot nu toe al acht jaar die verleidingen. Waarom toch?

 

Ik keek nog eens naar mijn diploma. Misschien deed ik die moeite omdat dit is wat de maatschappij wil? Wordt er daarom zo’n ceremonie gebouwd rond het overhandigen van een diploma? Werken we hier daarom zo hard voor? Dit was nog maar een kleine plechtigheid, maar wat dacht je van de Amerikaanse graduation ceremonies, met de toga’s, de baretten en de kwastjes? Zijn mijn ouders daarom trots, dat ook hun laatste kind die graad heeft behaald? Zouden ze minder trots zijn als dat niet was gebeurd?

 

Maar nee, ik heb me niet heb laten leiden door de wil van de maatschappij, denk ik. Hóóp ik. Ik denk dat de universiteit op een bepaalde manier gewoon heel goed mij bij past. Ik herinner me de gretigheid waarmee ik naar de brugklas ging: ‘Nu mag ik zoveel nieuwe dingen leren!’

 

Misschien is dat ook gewoon de reden dat ik dit jaar een tweede master ben gestart op de UvA. Ik wil blijkbaar gewoon nóg meer nieuwe dingen leren.

 

Daar in die statige kamer in het Academiegebouw van een van de oudste universiteiten van Nederland, citeerde mijn scriptiebegeleidster uit mijn laatste mail naar haar: ‘Ik denk er aan om nog een master te doen volgend jaar, als ik dat kan combineren met werken. Nooit klaar met studeren, toch…?’

 

Dus daar zit ik weer. Met masterdiploma nummer één op zak, aan het eind van het jaar van master nummer twee. Na de vakantie schrijf ik écht mijn allerlaatste scriptie. En volg ik écht mijn allerlaatste vak. Dit keer ga ik écht focus houden.

 

En misschien hang ik mijn masterdiploma wel aan de muur. Met toch wel een klein beetje trots.

 

Dit is Stella’s laatste column voor de zomer.

Lees meer over