Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

Stella’s waslijst | ‘Ik sta op de dansvloer en een wildvreemde man likt aan mijn oor’

Stella Vrijmoed,
30 april 2019 - 14:17
Deel op

Faalangst, prestatiedruk en keuzestress: hoe leuk is studeren nog? En dan heb je ook nog eens een waslijst aan praktische dingen te leren op weg naar die verdomde volwassenheid. Stella en Eva schrijven het om en om van zich af. Dit keer: Hoe kies je een hobby uit duizenden mogelijkheden?

Het is Paaszondag. Overdag wandelde ik nog vreedzaam met mijn broers en hun kroost. Nu sta ik op de dansvloer en een wildvreemde man likt aan mijn oor. Nou ja, helemaal wildvreemd is-ie niet, ik dans wel vaker met hem, zoals dat bij salsa gaat.

 

Want ja, ik heb het eindelijk voor elkaar gekregen om een hobby dusdanig door te zetten dat vooruitgang zichtbaar is. Een jaar geleden had ik de oorlikkende man nog niet kunnen volgen. Nu spint hij me makkelijk meerdere keren in de rondte.

‘Hoe vaak nam ik me niet voor om op salsales te gaan. En niet alleen op salsa. Ik wilde viool leren spelen, paardrijden, Photoshoppen’

Hoe vaak nam ik me niet voor om op salsales te gaan. En niet alleen op salsa. Ik wilde viool leren spelen, paardrijden, Photoshoppen. Ik wilde een extra balletles in de week én een moderne dansles. En ik moest echt wat vaker die piano weer eens aanraken. Ik heb zelfs op een blauwe maandag een poging gedaan een Latijnklasje bij te wonen.

 

En wat dacht je van yoga? Dat moest ik toch ook zeker een keer gaan proberen, nu zelfs mijn meest nuchtere vrienden aan het mediteren slaan?

 

De vraag is of er ooit iets terecht komt van die voornemens. Soms begin je eindelijk ergens mee. Maar tot hoe ver ga je dan? Ik kwam bij een studentenklimvereniging terecht omdat ik graag ooit eens op een gletsjer wilde lopen. Maar toen ik eenmaal op die bergtop stond heb ik daarna geen klimmuur meer gezien. Ik heb een cursus Italiaans in Rome gedaan omdat ik graag de eerste woordjes van mijn Italiaanse nichtje wilde verstaan, maar zij gaat mij nu al voorbij.

‘Ik hoor alweer ergens een tennisracket schreeuwen om weer opgepakt te worden’

En ik heb dus nu een jaar structureel salsales gehad en elke week vrij gedanst. Dat getuigt al van best wat doorzettingsvermogen, vind ik. Maar ja, op salsafeestjes wordt ook vaak bachata en kizomba gedanst. Moet ik daar dan niet ook maar eens les in nemen?

 

Na het likincident begeef ik me naar het hoekje bij de dj waar de écht goeie dansers staan te showen. De moed zakt me ineens in de schoenen. Mijn illusie dat ik een aardig niveau heb bereikt omdat ik met de oorlikker kan meekomen, wordt ruw verstoord.

 

Deze mensen dansen elke dag, dat weet ik. Ik zie altijd dezelfde gezichten op alle salsafeestjes waar ik kom. Mijn lerares danste acht keer in een week, zei ze eens. En laatst vertelde iemand me dat het zeldzaam is als hij een dag niét danst.

 

Waar halen zij die tijd vandaan? Ik hoor alweer ergens een tennisracket schreeuwen om weer opgepakt te worden. En ik heb ook al veel te lang geen baantjes getrokken in het zwembad!

 

Ik denk aan een wijsheid van mijn grootvader: ‘Als ik van één dag drie dagen kon maken…’ kon hij altijd met glinsterende oogjes zeggen, ‘….dan had ik nog tijd te kort.’ De man werd 98.

 

Dus de volgende ochtend meld ik me toch weer aan voor een serie salsalessen. Bij de school van de goeie mensen uit het hoekje bij de dj. Ik ga het doorzetten doorzetten. Met het risico dat ik af en toe aan mijn oor word gelikt. 

 

‘Als ik van één dag drie dagen kon maken…’ Hoe zou jij deze zin afmaken? Reageer of mail naar redactie@folia.nl.