Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Martijn Baudoin (Unsplash)
actueel

Terrassen open of niet? Twee UvA-experts zijn het faliekant oneens

Marleen Hoebe,
20 april 2021 - 10:57

Vandaag krijgen we te horen of we volgende week op een terras van een vers getapt biertje of iets anders mogen genieten. We spreken erover met een UvA-hoogleraar infectieziekten en een natuurkundecollega, die er behoorlijk anders over denken.

Volgens natuurkundige Daniel Bonn, die onderzoek doet naar kleine druppeltjes die vrijkomen bij het hoesten of praten, is de kans dat het coronavirus zich in de buitenlucht verspreidt zo klein dat de terrassen best open kunnen. Nee, zegt Kees Brinkman, hoogleraar infectieziekten aan het Amsterdam UMC en internist in het OLVG. Hij vreest dat de intensive care overspoeld raakt.

 

Is 28 april een goed moment om de terrassen weer te openen?
Daniel Bonn: ‘Als je naar de wetenschap luistert, weet je dat de kans op coronabesmettingen buiten tientallen tot honderden keren kleiner is dan binnen. Iedereen is het erover eens dat het bij de overdracht van het coronavirus gaat om grote en kleine druppels. Die grote vallen binnen een meter op de grond, dus als je die afstand van 1,5 meter houdt, raak je niet door die grote druppels besmet. Die kleine druppels zijn veel gevaarlijker. Die komen veel verder en blijven langer in een ruimte hangen. Als je op een terras zit en netjes afstand houdt, is het kleine beetje wind dat wij in Nederland hebben echter voldoende om die druppels te verdunnen.’


Kees Brinkman: ‘Ik denk dat het te vroeg is om nu de terrassen te openen. Iedereen heeft het gehad met het coronavirus. Maar het virus is nog niet weg. Er zijn nu virusvarianten aanwezig die makkelijker overdraagbaar zijn. Deze varianten zijn niet gevaarlijker, maar wel besmettelijker. Dat is niet gek. Voor een virus is het evolutionair gezien gunstig om sneller te besmetten, dus komt er een variant bovendrijven die beter overdraagbaar is.


Als je kijkt hoe vol de ziekenhuizen nu liggen, is het niet het meest gunstige moment om de terrassen te openen. We zijn juist het aantal bedden op de ic-afdelingen aan het uitbreiden. Als we te vroeg de terrassen openen, stromen de ic’s over.’

‘Ik heb na die grote samenscholing in het Vondelpark niets meer gehoord over hoge besmettingscijfers’
Foto: Fotografie OLVG
Kees Brinkman

De parken zitten nu overvol als het mooi weer is. Kunnen de terrassen er niet voor zorgen dat mensen zich meer verspreiden en niet samenklitten in een park?
Brinkman: ‘Ik begrijp dat burgemeesters van grote steden liever mensen op een terras zien dan allemaal in het park. Want wanneer je terrassen opent, kun je mensen registreren en ze op een gecontroleerde manier laten samenkomen. Maar als mensen richting een terrasje gaan, krijg je grotere samenscholingen. Je moet er namelijk naartoe. En mensen blijven vaak nog even hangen, daar krijg je ook samenscholingen van. Als het mooi weer is, zullen naast de terrassen de parken waarschijnlijk ook nog steeds bomvol zijn.’


Bonn: ‘Hoe groter de dichtheid van mensen, hoe groter de kans op besmettingen. Het beste is dan ook om mensen over meerdere plekken te verspreiden. Het is bijvoorbeeld beter om twintig tafeltjes met twee mensen op de Nieuwmarkt neer te zetten dan vier tafeltjes waarover je twintig man verspreidt.


Het lijkt me ontzettend interessant om op een of andere manier nog een keer na te gaan wat voor effect die grote samenscholing in het Vondelpark twee maanden geleden heeft gehad. De politie zei toen dat het heel gevaarlijk was dat daar allemaal dicht op elkaar hossende mensen stonden. Maar ik heb daarna niets meer gehoord over hoge besmettingscijfers.’

‘Ik zou zeggen: doe de terrassen open, alleen niet tot laat in de avond’
Foto: UvA
Daniel Bonn

Kunnen strenge regels bij de horeca niet helpen om te voorkomen dat mensen te dicht bij elkaar samenscholen?
Brinkman: ‘Als mensen zich netjes aan de regels houden – wanneer het alleen bij een biertje op het terras blijft – dan zouden mensen op terrassen kunnen zitten. Maar dat gebeurt niet. Mensen gaan na een borrel toch weer met elkaar mee naar huis. En burgemeesters hebben nu al moeite met handhaving. Dat zal niet veranderen.’


Bonn: ‘Als mensen dronken worden, willen ze aan elkaar zitten en houden ze geen afstand meer. Hoe later op de avond, hoe aanhankelijker iedereen wordt. Dat is ook een belangrijk punt om rekening mee te houden. Ik ben een wetenschapper, geen politicus, maar ik zou zeggen: doe de terrassen open, alleen niet tot laat in de avond. En plaats schotjes tussen de tafels. Ik denk dat de horeca erop gebrand is om open te gaan, dus dat zij heel keurig de regels zullen volgen.’

‘Als je de terrassen straks gaat openen en dan toch weer moet sluiten, is er echt sprake van een zwabberbeleid’

Wat is het beste dat de overheid nu kan doen?
Bonn: ‘Het is echt frustrerend dat de politiek niet luistert naar de wetenschap. Wetenschappers weten hoe we deze crisis moeten aanpakken. Er zijn allerlei ideeën over goede ventilatie binnen. Het is een goed idee om regels over ventilatie op te stellen voor scholen en ziekenhuizen, maar ook restaurants. Dat is niet moeilijk op te zetten, maar er wordt niet geluisterd. Ik heb bijvoorbeeld nog nooit iets van het RIVM of de politiek gehoord, terwijl virusoverdracht ook deels over fysica gaat. Het frustreert me dat het RIVM fysici of ingenieurs helemaal niet inschakelt.’


Brinkman: ‘Wanneer je nu maart en april vergelijkt met vorig jaar juni en juli, denk ik dat we beter kunnen wachten met het openen van de terrassen tot juni. Vorig jaar gingen de terrassen open in juni, dat was na een grote piek van coronabesmettingen. We hadden toen een strenge lockdown gehad. Van juni tot en met augustus waren er bijna geen infecties.

 

Zodra het lekker weer is, is het makkelijker mogelijk om buiten te blijven en niet binnen te eindigen met een feestje. Nu het af en toe nog maar net boven de 1 graden Celsius is, blijf je niet buiten. Daarnaast is corona bij koud weer nog makkelijker overdraagbaar. Als je de terrassen straks gaat openen en dan toch weer moet sluiten, heb je pas een groot probleem. Dan is er echt sprake van een zwabberbeleid.’