Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Bob Sizoo
actueel

Door zijn fotografie lag de wereld aan zijn voeten, maar student Bastiaan (22) koos voor de taalkunde

Dan Afrifa,
15 september 2020 - 16:23

UvA-student Bastiaan Sizoo (22) vergaarde als fotograaf verschillende prijzen, tienduizenden volgers op Instagram en een wereldwijd netwerk. Desondanks borg hij zijn camera op voor een nieuw gevonden passie: taalkunde. ‘Ik beschouw het internet als mijn territorium.’

Op zijn negende kocht Bastiaan Sizoo (22) zijn eerste 4-megapixel camera, als tiener won hij zijn eerste fotowedstrijd en nog een aantal jaar later deelde hij met zijn eveneens fotograferende broertjes een Instagramgevolg van 300.000. Ik tref de oudste van de gebroeders Sizoo in het Crea-café, en de overeenkomsten tussen deze locatie en de student die tegenover me zit ontgaan me niet. In Bastiaan komen creatieve én academische interesses bijeen, net zoals in dit culturele studentencentrum.

 

Niet iedereen zal beschikken over een wereldwijd netwerk wanneer ze bij de universiteit aankloppen voor een bacheloropleiding. En hoe vaak hoor je dat iemand zijn succesvolle professionele carrière inruilt voor de lokroep van de geesteswetenschappen? Desalniettemin is Bastiaan – een geboren Amsterdammer die tot het studeren nooit in Amsterdam woonde – al drie jaar kind aan huis aan de UvA. Al begon dat wel met een valse start. ‘In 2016 deed ik nog Future Planet Studies. Terwijl ik net van het vwo kwam, probeerde ik het fulltime studeren te combineren met het bestaan als fotograaf, en een website over Amsterdam te onderhouden én op kamers te gaan in een nieuwe stad.’

Foto: Bastiaan Sizoo
Berbers te paard op de droge bodem van wat ooit een levendig meer was in Ifrane, Marokko

Neem ons eens mee naar het begin

‘In het begin leken mijn foto’s nergens op, maar ik had wel al de kinderlijke verwondering om iets moois te zien en dat vervolgens te “bevriezen” in mijn camera. Na verloop van tijd konden mijn plaatjes op de waardering van mijn omgeving rekenen en daardoor ben ik mee gaan doen aan fotowedstrijden.’

 

En dat was niet zonder succes. Nadat hij een paar kleinere wedstrijden had gewonnen, won Bastiaan in 2010 een fotowedstrijd van National Geographic Junior. Dat had ook thuis zijn weerslag. Bastiaans broertjes, de tweeling Bob en Willem, waren al gewend de aandacht onderling te moeten verdelen, maar ze kwamen er helemaal bekaaid van af toen hun oudere broer de fotoprijzen binnenhaalde. Uiteindelijk besloten zij ook de camera op te pakken, net toen Instagram aan een opmars bezig was.

Hoe vergaat het de andere Sizoo Brothers?

De gebroeders Sizoo zijn ieder een eigen kant uitgegaan. De tweeling ging in eerste instantie naar de fotovakschool. Uiteindelijk bleek dat niet te bevallen en inmiddels heeft Willem zich gestort op Pre-reserved, een studioruimte en creatief platform in Amsterdam-Noord. Daar is Bob ook te vinden, die zich bezighoudt met het produceren van videoclips en experimenteren met schilderkunst.

‘Er kwamen thuis steeds pakketjes binnen van merken en bedrijven. Als ik daarnaar vroeg zeiden mijn broertjes: “Gekregen van onze sponsors”. Ze spoorden me aan om mijn werk ook op Instagram te plaatsen, in een tijd dat ik eigenlijk uitgekeken was op fotografie. Als de “Sizoo Brothers” groeiden we heel hard en ons verhaal belandde op grote nieuwswebsites. Het was een leuke periode van sponsordeals, toffe reizen en ook het fotoboek dat we uitbrachten.

 

Velen zouden denken: het kon niet stuk

‘Het was nooit een bewuste keuze geweest om professioneel fotograaf te worden, ik had er eigenlijk niet bij stilgestaan. Toen ik dat wel deed en mijn twijfels begon te uiten, keken mensen weleens raar op. En dat begreep ik, want als tienduizenden mensen je werk waarderen en je volgen, ligt het niet voor de hand om dat allemaal de rug toe te keren. Maar ik had niet meer het gevoel dat fotografie me nog veel voldoening zou geven.’

‘Mijn voorkeur had altijd bij reisfoto’s gelegen en tijdens die reis kwam ik erachter waarom: voor even ben je een objectieve toeschouwer van de wereld in plaats van een onderdeel van je omgeving’

‘Een half jaar nadat mijn eerste studie op niets was uitgelopen, ging ik op treinreis door Rusland, Mongolië en China. Mijn voorkeur had altijd bij reisfoto’s gelegen en tijdens die reis kwam ik erachter waarom: voor even ben je een objectieve toeschouwer van de wereld in plaats van een onderdeel van je omgeving. Terug in Nederland ging ik op zoek naar een nieuwe studie en nadat ik Linguistics vond, heb ik niet verder gezocht. Door de taalkunde kan ik weer die observerende rol innemen, maar dan met een diepere gelaagdheid.’

 

Niet iedereen zal warm worden van Linguistics
‘Ik denk wel dat de wereld een betere plek zou zijn als we allemaal een beetje meer taalkundige zouden zijn. Onze wereld hangt aan elkaar van verhalen die we onszelf vertellen, taal is de verwezenlijking van bijna alles wat ons lief is. Volgens mij zou er meer wederzijds begrip zijn als mensen taal niet zo zouden onderschatten.’

Foto: Bastiaan Sizoo
Lichtspektakel op een taxi in het centrum van Hong Kong

De wereld kan leren van taalkunde, maar wat heeft de taalkunde nog te leren?

‘Vroeger was het zo dat de formele geschreven taal niet overeenkwam met hoe mensen informeel spraken. Formele taal is voorbedacht en niet organisch en daar is taalkundig onderzoek wel vooral op gericht. Tegenwoordig kom je online echter veel natuurlijk, spontaan taalgebruik tegen en in de taalkunde wordt daar al veel mee gedaan, maar er ligt ook nog veel data voor het oprapen als we ook modernere onderzoeksmethoden gebruiken. Ik wil heel graag de richting op van computional linguistics, want ik beschouw het internet als mijn territorium. Daarom volgde ik programmeervakken in mijn keuzeruimte, maar ik ben eigenlijk van mening dat elke moderne linguïst het programmeren onder de knie moet hebben.’

In onze eerdere gesprek noemde je het internet een ‘Wilde Westen’

‘Het internet is een spiegel van ons als mensen, je vindt er het beste en het slechtste dat we te bieden hebben. Maar juist dat ongepolijste leent zich voor interessante nieuwe inzichten. Voor een opdracht heb ik laatst onderzocht of aan de hand van veranderend taalgebruik op een rechts-extremistisch forum te zien is hoe mensen radicaliseren. Mijn voorzichtige conclusie was dat de frequentie waarmee bijvoorbeeld racisme, misogynievrouwenhaat en antisemitisme wordt geuit nagenoeg hetzelfde blijft naarmate iemand meer en meer schrijft. Wel verandert de manier waarop ze zich tegenover elkaar en de wereld opstellen: van “ik” en “mij” naar “wij” en “ons”.’

 

‘Ook verandert de context waarin gewelddadige daden beschreven worden, van het verkondigen van iemands persoonlijke bedoelingen naar het echoën van gebiedende leuzen. Zo wordt iemand dus onderdeel van het collectieve “wij-tegen-de-rest-narratief”. Het was triest om te zien hoe er over “de ander”, maar ook over henzelf werd gesproken. Veel leden zaten nog op de middelbare school, maar het ging ook vaak over zelfmoord. Ondanks hun extremisme dacht ik soms: kan iemand alsjeblieft met deze jongens praten?’

 

Het klinkt alsof je het fotograferen helemaal achter je gelaten hebt. Zien we je nog terug achter de camera?

‘Mijn Instagramaccount wil ik inzetten voor een ander doel, het zou zonde zijn als ik mijn bereik en foto’s zomaar liet verstoffen. Daarom heb ik een eigen website opgezet en ben ik me aan het voorbereiden om prints van mijn oudere werk te verkopen. De opbrengsten van de verkoop gaan naar initiatieven om sociaal activisme te ondersteunen. Maar ik zie mezelf niet meer fotograferen in opdracht van anderen, het is nu volle kracht vooruit met linguistics.’