Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
actueel

Verdubbeling aantal juridische promoties

Dirk Wolthekker,
1 december 2017 - 17:01

Aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid is het aantal promoties de afgelopen acht jaar verdubbeld, het aantal buitenpromovendi is zelfs bijna verdrievoudigd, maakte de faculteit deze week bekend. Trend, toeval of beleid? Decaan André Nollkaemper werpt licht op de zaak.

Het aantal promoties aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid is de laatste jaren met vijftig procent gegroeid van dertien in 2009 naar zesentwintig in 2017. Vooral de verdrievoudiging van het aantal buitenpromovendi – mensen die in hun eigen tijd en zonder aanstelling of salaris een promotieonderzoek doen – is flink toegenomen, namelijk van vijf naar veertien. Voor de juristen is het iets heel bijzonders, maar het past wel in het algemene UvA-brede beeld. In de periode 2011-2017 steeg het totaal aantal promoties aan de UvA met 35 procent van 405 naar 543.

 

Promotiebonus

Hoe mooi kan het zijn voor een decaan in bezuinigingstijden? De Faculteit der Rechtsgeleerdheid zit midden in een reorganisatie en moet bezuinigen. Dan is het dus extra mooi dat het aantal promovendi booming is. Immers: voor elke promotie krijgt de UvA extra geld van het ministerie van OCW en dat wordt door het college van bestuur door gesluisd naar de faculteit in kwestie. Deze zogenaamde promotiebonus bedraagt momenteel 77.000 euro per afgeleverde doctor.

 

Volgens een woordvoerder van de UvA komt daar nog een interne opslag overheen en maakt de UvA 96.000 euro per kersverse doctor over van de centrale bankrekening naar de facultaire bankrekening. Maar bewust beleid om meer promovendi te werven en op de manier geld te genereren ligt niet ten grondslag aan de stijging. Rechtendecaan André Nollkaemper licht de ontwikkeling toe.

 

‘De meerderheid van de afgestudeerden wordt geen advocaat’

Ik dacht dat juristen snel advocaat wilden worden en de wetenschap liever links laten liggen. Is hier sprake van een cultuuromslag?

‘Het beeld dat juristen alleen maar snel advocaat willen worden is simplificerend: de meerderheid van de afgestudeerden wordt geen advocaat. Of een promotie wat toevoegt voor een carrière zal afhangen van je functie, maar binnen internationale organisaties kan het zeker helpen. Mijn indruk is dat de voornaamste drijfveren persoonlijke interesse of ambitie zijn.’

 

De bijna verdriedubbeling van de (onbetaalde) buitenpromovendi is ook frappant, namelijk van 5 in 2009 naar 14 in 2017. Werft u specifiek buitenpromovendi?

‘Nee, niet actief. Enkele onderzoeksgroepen hebben wel een mededeling op hun website staan dat extern promoveren tot de mogelijkheden behoort, maar die mededeling staat er meestal al jaren. De normale gang van zaken is dat iemand ambitie heeft en zelf een hoogleraar of onderzoeksgroep benadert.’

 

Hoe worden de buitenpromovendi op uw faculteit gefaciliteerd of moeten ze zichzelf gewoon redden en hebben ze alleen contact met hun (co)-promotor?

‘De meesten zijn echt extern en komen alleen voor voortgangsgesprekken op de faculteit. Sommigen maken voor bepaalde perioden gebruik van gastvrijheidsovereenkomsten. Deelname aan de opleidingsklasjes was tot voor kort niet strak geregeld, maar we zijn bezig het beleid wat aan te scherpen zodat het uitgangspunt is dat alle promovendi een opleidingstraject volgen, tenzij er goede redenen zijn om daarvan af te zien. Dat was ook een aanbeveling van de laatste onderzoekvisitatie.’

 

(De tekst gaat verder onder de grafiek.)

 

Welke mensen ‘solliciteren’ eigenlijk als buitenpromovendus?

‘Zeer wisselend, bij de internationaalrechtelijke onderzoeksgroepen zitten professionals van bijvoorbeeld internationale organisaties of buitenlandse universiteiten. Verder een heel scala aan medewerkers van ministeries, advocatenkantoren, belastingadvieskantoren et cetera, meestal tussen de 30 en 45 jaar.’

 

Er komt steeds minder onderzoeksgeld uit Den Haag en u moet bezuinigen. Wat vindt u ervan dat u noodgedwongen buitenpromovendi moet aantrekken, die uiteindelijk vaak aan de wetenschap voorbijgaan en teruggaan naar het veld waar ze al werken?

‘Ik zie dit niet als een noodgedwongen maatregel. We bieden geen promotieplekken omdat we gedwongen zijn, maar omdat er interesse voor is onder juristen en omdat we het ook als een taak zien om mensen met ambitie te begeleiden. Dat de meesten niet in de wetenschap eindigen is niet uniek voor de buitenpromovendi. Een meerderheid van de reguliere promovendi komt ook niet in de wetenschap terecht. Iemand die promoveert heeft geleerd en getoond goed onderzoek te kunnen doen. Die kwaliteit is voor heel veel plekken in de samenleving van belang en waardevol.’