Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

'Amman toont aan waarom democratie nodig is'

Arthur Berkhout,
14 september 2015 - 13:35

'De reactie van Hans Amman toont aan waarom de universiteit meer democratie nodig heeft. Hij heeft geen notie van de klachten en eisen van de academische gemeenschap,' vindt Arthur Berkhout.

Het is fijn dat één onzer bestuurders zich verwaardigd heeft om naar de pen te grijpen en zich te mengen in het debat; in vroeger tijden was mijn stuk me te staan gekomen op een uitnodiging om eens koffie te gaan drinken en de dingen uitgelegd te krijgen. De reactie in kwestie – van Hans Amman – toont echter zelf weer aan wat ik duidelijk probeerde te maken: dat het bestuur een fundamenteel verkeerd begrip heeft van de democratische eisen van de academische gemeenschap.

 

Amman begint zijn stuk door te doen alsof het niet duidelijk zou zijn dat ik de als noodzakelijk voorgestelde bezuinigingen op de Faculteiten der Geesteswetenschappen (FGw) en Rechtsgeleerdheid met de vastgoedprojecten in verband breng. Het bestuur heeft altijd in alle toonaarden ontkend dat er iets niet goed zou zitten met de financiën en voert voor bezuinigingen schijnbaar autonome redenen aan. Het hele afgelopen jaar hebben we van het CvB en het FGw-bestuur gehoord dat de bezuinigingen op de FGw noodzakelijk zijn om het verlies dat door dalende studentenaantallen veroorzaakt wordt te compenseren. Minder studenten betekent immers minder geld. Langer dan nominaal-plus-één studerende studenten betekent ook minder geld. En minder onderzoek betekent minder geld. Dit zijn effecten van het verdeelmodel dat nu bestaat en het is nogal vreemd dat Amman plotseling ontkent dat dat er iets mee te maken zou hebben.

 

Te veel personeel?

Interessant is dat hij de bezuinigingsnoodzaak nu anders verwoordt: het zou het overschot aan mensen zijn dat de FGw in dienst heeft. Vertaald naar beleid lijkt dit op niks anders neer te komen dan dat de FGw een hele hoop mensen gaat ontslaan en dat de kwaliteit van onderzoek en onderwijs dan voor altijd gered is. Dit is echter natuurlijk niet hoe het werkt, en het is hopelijk ook niet wat er gaat gebeuren. Het is absoluut stuitend dat Amman insinueert dat al het geld opgaat aan salarissen, als dé kostenpost van de UvA. Krijgen die honderden flexwerkers zo veel betaald? Of de schoonmakers? Hoeveel ton per jaar krijgen onze bestuurders? Hoeveel onnodige bonnetjes zijn er gedeclareerd? Hoeveel geld wordt er verspild aan ‘reputatiemanagement’?

 

Vorig jaar kwam het FGw-bestuur met een reorganisatieplan genaamd Profiel 2016Profiel 2016 is inmiddels van tafel. De toekomst van de FGw wordt nu door commissies van studenten en docenten bediscussieerd., dat op miraculeuze wijze tegelijkertijd de faculteit klaar voor de toekomst zou maken en vele miljoenen zou besparen. In feite had dit plan ertoe moeten leiden dat door het samenvoegen van opleidingen, het vergroten van vakken en het beperken van een vrije studie-indeling het gehele rendement van de faculteit omhoog zou gaan. Kwaliteit en zelfbeschikking van de opleidingen waren secundair. Door het verkondigen van een noodzaak tot bezuinigingen geeft het bestuur zichzelf de legitimiteit om het onderwijs en onderzoek naar eigen inzicht en conform het eigen rendementsbelang te reorganiseren. Want het is op het moment wel zo dat dalende studentenaantallen tot minder geld leiden, maar het CvB doet nu alsof het daar niks aan kan doen. Humanities Rally pleit al een jaar lang voor een vast budget om de negatieve effecten van onvoorspelbaar fluctuerende studentenaantallen op te vangen. Het CvB heeft de plicht om de kwaliteit van onderwijs en onderzoek op de FGw te garanderen en moet daarom investeren in plaats van het slachtoffer worden van zijn eigen verdeelmodel.

'Amman bezweert ons dat bij de vastgoedprojecten alles prima is verlopen en dat er financieel niks aan de hand is. En toch zwemt de UvA in een oceaan van schulden die steeds dieper wordt.'

Oceaan van schulden

De financiële middelen daartoe zijn er echter niet. Amman bezweert ons dat bij de vastgoedprojecten alles prima is verlopen en dat er financieel niks aan de hand is. En toch zwemt de UvA in een oceaan van schulden die steeds dieper wordt en is de UvA onder verhoogd toezicht gesteld door de Onderwijsinspectie vanwege een solvabiliteit die ver onder de norm is. Deze zeer problematische zaken worden niet veroorzaakt door, ik noem maar wat, dalende studentenaantallen, maar door falend beleid van het bestuur van de afgelopen vijftien jaar. Het is onbestaanbaar dat Amman – die zelf heel goed weet dat bouwen ‘buikpijn’ is – nu doet alsof er geen vuiltje aan de lucht is op dat gebied. Dat de academische gemeenschap van al deze zaken een overtuigd voorstander is geweest lijkt me een loze uitspraak. In het geval van de Binnenstadscampus bijvoorbeeld besloot de toenmalige CvB-voorzitter in Alleingang de (erg goedkope) huisvestingvoorstellen van de gemeente te negeren en de clustering van de FGw door te voeren. Hiermee wordt het karakter van de UvA als over de stad verspreide universiteit wezenlijk veranderd – iets wat de academische gemeenschap van vele jaren voor een onomkeerbaar voldongen feit zet en verder tot gevolg heeft dat een historisch gebouw als het Bungehuis nu voor altijd omgetoverd wordt in een clubhuis van een obscuur elitenetwerk.

'De universiteit is niet wat haar bestuurders ervan denken te moeten maken, maar dat zijn wij: studenten en medewerkers.'

Deze medezeggenschap is geen politiek

Wat betreft democratie gaat het erom dat deze beslissingen werden genomen nadat de macht van de medezeggenschap drastisch ingeperkt was. Medezeggenschap als rubberstamp-orgaan kan niet gelden als politiek handelende instantie, omdat het politieke moment überhaupt nooit tot stand is gekomen. Alleen advies mogen geven in naam van een academische gemeenschap die geen daadwerkelijke zelfbeschikking heeft is een lege geste, die het CvB het schijntje legitimiteit geeft dat het soms nodig denkt te hebben. Dit schijntje legitimiteit wordt nu door het bestuur met beide handen aangegrepen om zich in te dekken tegen kritiek. Maar zelfs als het bestuur uit zou komen voor de fouten die er zijn gemaakt, dan maakt dat alsnog niks uit omdat het niet ter verantwoording geroepen kan worden.

 

Wat wij verwachten van democratisering is dit: dat bestuurders zich altijd moeten verantwoorden voor beleid, zodat ze uitsluitend in het belang van de academische gemeenschap handelen en wel zoals de academische gemeenschap dit zelf definieert. Zodat bezuinigingen niet worden aangegrepen om het karakter van een faculteit van bovenaf te wijzigen en het aan van bovenaf bepaalde rendementseisen te laten voldoen. De universiteit is niet wat haar bestuurders ervan denken te moeten maken, maar dat zijn wij: studenten en medewerkers. Wij zijn het die deze universiteit haar karakter geven. Wij willen kunnen bepalen wat ons onderwijs, ons onderzoek, onze werkplek inhoudt zonder daarin geremd te worden door het rendementsdenken van bestuurders die zich aan iedere verantwoording onttrekken. Het bestaan van commissies weerhoudt mij en helemaal niemand ervan zelf na te denken over wat democratisering betekent.

 

Zolang onze academische autonomie ons wordt afgenomen door een klein groepje bestuurders zullen we ons op alle mogelijke manieren blijven inzetten voor democratisering.

 

Arthur Berkhout is student wijsbegeerte en actief binnen Humanities Rally.