Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Marc Kolle
opinie

‘De HvA moet studenten meer het gevoel geven dat ze er mogen zijn’

Fiere Bonnerman,
18 oktober 2017 - 09:19

Er wordt aan alle kanten aan studenten getrokken en hun hulpvraag wordt niet altijd goed gezien door de onderwijsinstelling. De relatie ontbreekt – en die is juist nu zo belangrijk. Asva-vicevoorzitter Fiere Bonnerman reageert op het opiniestuk van HvA-docent Stefan Molenaars van vorige week.

In het opiniestuk van Stefan Molenaars, team­coördinator en docent bij commerciële economie, dat vorige week verscheen in Folia en op Folia.nl, zei hij dat studenten servicegericht onderwijs verwachten van de HvA. Onderwijs kan pijn doen voor studenten, omdat ze met hun tekortkomingen worden geconfronteerd.

 

Studenten vragen volgens hem ‘servicegericht onderwijs’. De onderwijsinstelling als luchtvaartmaatschappij, maar zonder turbulentie - als het even kan. Een hoge verwachting waar docenten niet aan kunnen voldoen, aldus Stefan Molenaars. Maar wat betekent die vraag nu echt?

‘De maatschappij stelt steeds hogere eisen aan studenten, net als de onderwijsinstelling. Studenten worden als cijfertjes benaderd’

Hogere eisen

Het leven van studenten is in de afgelopen decennia behoorlijk veranderd. De maatschappij stelt steeds hogere eisen aan studenten, net als de onderwijsinstelling. Studenten worden als cijfertjes benaderd. Denk aan de (gevolgen van) kwaliteitsafspraken, waardoor studenten door hun studie worden gejaagd en er geen ruimte voor fouten meer is. Ook wordt het studenten financieel steeds lastiger gemaakt om te studeren: kijk naar de afschaffing van de basisbeurs, dure studentenkamers en de steeds verder stijgende studiekosten. Kies maar: een baantje naast je voltijdstudie, of steek je diep in de schulden. Onderwijs is geen zakelijke deal, maar het is wel steeds zakelijker geworden. De maatschappij eist van studenten dat ze hieraan meedoen, anders tel je niet meer mee.

 

De druk op studenten brengt nieuwe behoeftes met zich mee. Maar is dit werkelijk de behoefte aan meer ‘service’ op de praktische manier zoals Stefan Molenaars beschrijft? Niet helemaal.

‘Een prettige relatie met de onderwijsinstelling is essentieel als motivatie om te studeren, je te committeren aan je studie en daar jezelf tegen te komen’

Studenten staan voor heel andere dilemma’s dan voorheen. Zeg je je werk af (als dat al kan) en ga je studeren, met het risico dat je je huur niet kunt betalen? Of kies je voor je werk en mis je je deadline? Dit is tegenwoordig voor veel meer studenten realiteit. In het laatste geval geef je als student soms de boodschap: ‘ik kan het wel, maar u ziet het niet’. Dit is geen verwijt aan de docent, maar het gevolg van vaak noodgedwongen keuzes. Zonder begrip en erkenning van de docent of onderwijsinstelling, voelt dat inderdaad als een persoonlijke afwijzing.

 

Geborgenheid is een basisbehoefte

Het gaat hier niet om erkenning om het zelfbeeld te bevestigen, zoals Stefan Molenaars stelt, maar om de relatie die je met de onderwijsinstelling en docenten opbouwt. De hele onderwijsinstelling, inclusief docenten moet studenten meer het gevoel geven dat ze er mogen zijn. Geborgenheid is een basisbehoefte, maar een prettige relatie met de onderwijsinstelling is juist ook essentieel als motivatie om te studeren, je te committeren aan je studie en daar jezelf tegen te komen.

 

Maar hier ontbreekt het aan. Toegegeven, deze relatie is een wisselwerking, als studenten de druk die ze ervaren afreageren op docenten, kan dat verkeerd worden opgevat. Maar in mijn ogen is het te makkelijk om te zeggen dat studenten hier simpelweg meer service verwachten. Er wordt aan alle kanten aan studenten getrokken en op deze manier lijken ze ook nog de schuld krijgen voor hun gedwongen keuzes.

De docent sluit af met een oproep om verder te kijken dan de zakelijke deal: ‘het verbond moet inniger’. Dit is precies wat moet gebeuren, niet alleen door de docenten. De houding van docent en onderwijsinstelling ten opzichte van de student moet wel met de veranderde omstandigheden meegaan. Zelfontplooiing en ontwikkeling moeten een centralere plek krijgen binnen het onderwijs. Dit moet beginnen in Den Haag bij de nieuwe regering, maar ik vrees dat we daar niet al te veel van kunnen verwachten. Dan moeten we zelf, als studenten en docenten van de HvA, het heft in eigen hand nemen en elkaar beter leren begrijpen.

 

Fiere Bonnerman is vicevoorzitter van Asva en studeert bedrijfskunde MER aan de HvA.