Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Foto: Daniël Rommens
opinie

‘Is er nu wel animo voor verhuizing naar de Zuidas?’

6 december 2016 - 09:33

Het lijkt wel alsof de tijd heeft stilgestaan, betogen UvA-student en -promovendus Victor den Haan en Joran van Apeldoorn. De problemen die de UvA-medezeggenschap drie jaar geleden aankaartte over de samenwerking met de VU, bestaan nu nog steeds, stellen zij.

Erik Verlinde moet wellicht zijn theorie aanpassen: de hele bètafaculteit lijkt tot onze verbazing door de tijd te kunnen reizen. Drie jaar geleden lagen op onze faculteit plannen om te VU-seren en grotendeels naar de Zuidas te verhuizen, maar de studentenraad en ondernemingsraad hebben destijds die plannen tegengehouden. En nu? Zijn we weer drie jaar terug?

 

Na het wegstemmen van de plannen is het College van Bestuur (CvB) alsnog doorgegaan met de Amsterdam Faculty of Science (AFS), nu met de belofte te luisteren naar studenten en medewerkers. De plannen zouden ‘bottom-up’ zijn, maar daar lijkt weinig van terecht te zijn gekomen. Al eerder bleek dat de verhuizingen van de AFS gewoon doorgingen. Er lekten documenten uit over verhuizingen met het oude AFS-plan in de bijlage en ook de plannen voor samenwerking zijn weer terug. Zo moet informatiewetenschappen (IW) naar de Zuidas verhuizen en samengevoegd worden met de IW aan de VU. Het nieuwe NU.VU gebouw, dat op de VU-campus wordt gebouwd, zou dit nieuwe monsterinstituut, samen met een Starbucks en een H&M, moeten huisvesten.

 

Dit is allemaal deel van een grotere schuifpuzzel, die eindigt met de verhuizing van psychobiologie in 2023. Waarom dit nodig is? Er worden twee redenen genoemd. De eerste is de eventuele komst van Ruimteonderzoeksinstituut SRON naar het Science Park. Indien zij inderdaad naar Amsterdam verhuizen, willen zij graag samenwerken met natuur- en aardwetenschappen van zowel de UvA als de VU. Om ruimte daarvoor vrij te maken, zou onderzoek van de VU moeten verhuizen naar het Science Park, waardoor hier andere groepen weg moeten.

De samenwerking werkt alleen omdat er steun is vanuit die instituten en omdat iedereen er de vruchten van plukt

De tweede reden is dat een samenwerking voor grotere instituten zou zorgen, en dus voor meer prestige. De effecten op het onderwijs zijn echter nog compleet onduidelijk. Een deel van het bètaonderwijs zal qua locatie volledig losgetrokken worden van de UvA en de banden die het op het Science Park heeft. Dit zal samenwerking tussen instituten en opleidingen in ieder geval niet bevorderen en waarschijnlijk kapot maken. Samenwerkings- en interdisciplinaire projecten als de bachelor bèta-gamma, de samenwerking met het Institute for Logic, Language and Computation (ILLC) en het Centrum voor Wiskunde & Informatica (CWI), en het volgen van vakken bij andere studies zullen door deze plannen verloren gaan.

 

Natuurlijk zijn er ook voordelen aan samenwerken, kijk maar naar de samenwerking van natuurkunde en scheikunde met de collega’s aan de VU. Deze samenwerking werkt echter alleen omdat er steun is vanuit die instituten en omdat iedereen er de vruchten van plukt. De plannen voor IW staan daar lijnrecht tegenover: ze zijn van bovenaf opgelegd en veel medewerkers en studenten zitten er niet op te wachten. Waarom zouden de voorstanders van verdere samenwerking dat niet kunnen doen zonder grootscheepse verhuizingen?

 

Deze problemen werden drie jaar geleden ook geconstateerd; alle vragen die nu weer opkomen, bestonden toen ook al. De vraag is: was is er dan eigenlijk veranderd in de afgelopen drie jaar? Er is nog meer onduidelijkheid bijgekomen: niemand weet precies wat het tijdspad is en welke plannen al vast staan. Er zijn geruchten dat al voor het eind van het jaar de huurcontracten met de VU getekend gaan worden, zonder dat de centrale medezeggenschap hier van te voren advies of instemming over kan verlenen. Of de facultaire studentenraad überhaupt betrokken wordt, is nog onduidelijk.

 

In conclusie: er zullen voor miljoenen aan investeringen worden gedaan waarvan niemand de noodzaak inziet, studenten en medewerkers worden nog steeds onvoldoende betrokken, er is alleen maar meer onduidelijkheid ontstaan, en we zijn uiteindelijk in drie jaar niks opgeschoten. Dus, is er nu wel animo? Niemand weet het, maar bij ons in ieder geval niet.

 

Victor den Haan studeert Future Planet Studies aan de UvA. Joran van Apeldoorn is promovendus computerwetenschappen bij het Centrum voor Wiskunde & Informatica.