Rechtenstudent Stefan Wirken voorzitter LSVb
UvA-rechtenstudent Stefan Wirken is afgelopen weekend door een tussentijdse bestuurswisselverkozen tot voorzitter van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb). Hij gaat proberen de kwesties die aan de UvA spelen ook op andere Nederlandse universiteiten aan te kaarten.
Wirken was tot vorige week vicevoorzitter van de studentenvakbond. Voorzitter Sara Spano zag het voorzitterschap niet meer zitten en wilde van portefeuille wisselen. Zij gaat nu verder als vicevoorzitter, met Wirken als hoogste baas. Hij heeft afgelopen jaar zijn bachelor gehaald en was en passant ook medeoprichter van de facultaire studentenpartij OpRecht, die glorieus de studentenraadsverkiezingen op de rechtenfaculteit won.
‘We gaan ons dit bestuursjaar met een paar belangrijke dossiers bezighouden,’ zegt Wirken. ‘Allereerst natuurlijk het leenstelsel. De eerste signalen die we daarover krijgen zijn niet goed. Met name Amsterdam lijkt een probleem. Die stad wordt gewoon erg duur om te studeren. Maar ook landelijk vrezen we dat studenten door het leenstelsel noodgedwongen thuis blijven wonen of in Vlaanderen gaan studeren. Ik vrees dat de keuzevrijheid om ergens de studie van je voorkeur te volgen door het leenstelsel wordt beperkt. We gaan dat goed monitoren.’
Andere punten die Wirken dit jaar wil aanpakken zijn de voorinvesteringen die universiteiten en hogescholen zouden moeten doen, vooruitlopend op de zak geld die ze in 2018 krijgen ter compensatie van het afschaffen van de basisbeurs. ‘Dat gaat niet overal goed en dat vind ik zorgwekkend. Aan de UvA is bijvoorbeeld een deel van die voorinvestering in de PPLE-opleiding geïnvesteerd. Dat is niet de bedoeling en daarover maak ik me zorgen.’
Zestien uur
Ook de Wet versterking bestuurskracht die dit jaar is ingegaan werkt nog niet overal in Nederland zoals die zou moeten werken, meent Wirken. ‘Neem als voorbeeld de profielschetsen die nu zijn gemaakt voor de nieuwe bestuurders van UvA en HvA. Daar heeft de medezeggenschap instemmingsrecht op, maar dat is elders niet zo. Daar is vaak alleen maar adviesrecht. Ook de tijd die studenten kunnen inruimen voor hun werk in de medezeggenschap is lang niet overal in Nederland goed geregeld. Aan de UvA inmiddels wel, maar elders niet. Leden van de centrale studentenraden moeten daar zestien uur per week voor mogen inruimen. Daar zet ik me voor in.’
