Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
Een fantastisch idee, dat vindt Albert Feilzer, decaan van de tandheelkundefaculteit Acta, van een mogelijke samenvoeging van de bètafaculteiten van de UvA en de VU. Feilzer deed die uitspraak gisteren tijdens het radioprogramma Folia maakt kennis. Als het aan Feilzer ligt gaan bovendien niet alleen de bètafaculteiten samen, maar wordt direct voortgang gemaakt met een volledige fusie tussen beide universiteiten.

Volgens Feilzer is de afgelopen tijd al gebleken dat een bètafusie ‘fantastisch zal zijn.’ Zo hadden chipfabrikant ASML en ruimtevaartontwikkelaar ESRON anders nooit voor de Science Park-campus gekozen. ‘Dat is ontstaan omdat twee universiteiten zijn gaan samenwerken en daarom een grote trekpleister worden. Je ziet dus dat je samen aantrekkelijker bent dan twee relatief kleine, aparte groepen.’

Dat er bij de bètafusie in eerste instantie wordt uitgegaan van een samenwerking à la Acta, waarbij beide universiteiten behouden blijven, is volgens Feilzer jammer. Als het aan hem ligt gaan de beide universiteiten volledig samen. ‘Misschien loop ik wat voor de troepen uit, maar wat mij betreft zou het meteen gebeuren. Je lost er zo veel problemen in één keer mee op. Nu gaan we allemaal moeilijke huwelijken aan waarbij je allerlei regelingen moet treffen. Als je gewoon fuseert is het in één keer opgelost.’

Cultuurverschillen zijn er volgens Feilzer vooral in de bestuurslaag. Problemen daarmee zouden volgens hem juist verdwijnen als er gekozen wordt voor één bedrijfsvoering. Op de werkvloer verwacht hij geen problemen. ‘Ik ken de wetenschappers als geen ander. Die staan uiteindelijk altijd pragmatisch achter wat voor hen beter is. Als ze meer mogelijkheden kunnen krijgen door dingen samen te kunnen kopen dan gaat iedereen daar wel achteraan.’

De nieuwe universiteit zou volgens Feilzer de Amsterdam Academic Alliance mogen gaan heten. Het verdwijnen van de naam UvA noemde hij geen probleem. ‘Wat is daar bijzonder aan? Toen ik studeerde zat ik nog bij de Gemeentelijke Universiteit, en dat werd de UvA. Dat heb ik ook geaccepteerd. Ik vind triple A heel mooi. Met drie keer een A kom je op allerlei lijstjes altijd bovenaan in het alfabet. Hartstikke goed.’

Hindernissen

Als decaan van de gezamenlijke UvA-VU-faculteit Acta, zei Feilzer goed te weten welke hindernissen er bij een fusie moeten worden genomen. Volgens hem is er plotseling veel meer aandacht voor de problemen waar men bij de gefuseerde faculteit Acta tegenaan loopt. ‘Nu wordt opeens duidelijk waarom wij vroeger nog wel eens lastig waren over bepaalde zaken, omdat ze die nu voor een megasamenwerking tussen de bèta’s moeten gaan oplossen. Dus ik ben er sowieso enthousiast over uit eigenbelang. Veel restproblemen die wij nu nog hebben worden straks opgelost.’

Voor Acta was de fusie in de jaren tachtig volgens Feilzer ‘de redding’. ‘Wij ontstonden uit twee subfaculteiten en werden plotseling een volwaardige faculteit. Zo kwamen we onder het juk van geneeskunde uit en konden we echt gaan groeien wat betreft onderzoek en onderwijs.’

Problemen waren er in het begin wel, geeft Feilzer toe. Zo moest men schipperen tussen twee onderwijs en examenreglementen, twee studentvolgsystemen en twee bestuursstructuren. Toch was de fusie volgens Feilzer voor Acta zeer voordelig. ‘Dat zijn kleine hindernissen als je kijkt naar de voordelen die we ervan hebben gehad. En qua samenwerking gaat het nu heel goed. We zijn ontzettend blij dat we in één gebouw zitten, waar we vroeger verspreid waren over vijf locaties.’

Luister het volledige interview met Albert Feilzer hieronder terug.