Ministerie investeert 29 miljoen in gelijke kansen hoger onderwijs
Minister Jet Bussemaker (PvdA) en staatssecretaris Sander Dekker (VVD) van Onderwijs trekken 87 miljoen euro uit om de kansenongelijkheid in het Nederlandse onderwijs tegen te gaan. 29 miljoen daarvan gaat naar het hoger onderwijs.
In april van dit jaar stelde de Onderwijsinspectie dat kinderen van laagopgeleide ouders niet dezelfde kansen krijgen in ons onderwijsstelsel als kinderen van hoogopgeleide ouders. Een belangrijk deel van dat probleem kan worden toegeschreven aan de manier waarop wij in Nederland ons onderwijsstelsel hebben ingericht, bijvoorbeeld door leerlingen op jonge leeftijd in te delen op niveau voor het voortgezet onderwijs. Het leeuwendeel van het geld gaat dan ook naar het primair en het voortgezet onderwijs, maar met 29 miljoen beoogt Den Haag ook in het hoger onderwijs het een en ander te verbeteren.
Kloof
Een van de problemen die Bussemaker en Dekker aankaarten is de groeiende kloofHvA-lector Louise Elffers riep eerder dit jaar op deze kloof te dichten. tussen het mbo en het hbo. ‘Nog altijd vallen teveel mbo-instromers in het hbo in de eerste twee jaar uit,’ stellen de bewindslieden in een brief aan de Tweede Kamer. Het ministerie kondigt een experiment aan met een keuzetraject dat mbo’ers die door willen stromen naar het hbo beter voorbereidt op de studievaardigheden die daarvoor nodig zijn. Dit komt bovenop de keuzedelen, modules met hetzelfde doel die onder andere in samenwerking met de HvA op het mbo al worden aangeboden.
In 2017 wordt eenmalig 4 miljoen geïnvesteerd in de betere overstap van mbo naar hbo en vanaf 2018 komt daarvoor structureel 7,5 miljoen euro beschikbaar. Het ministerie kondigt aan dat de inzet van dit geld in overleg met studenten zal worden bepaald. ‘Wij zijn er namelijk van overtuigd dat studenten vaak heel goed weten wat ze nodig hebben.’
Pabo
Voor mbo’ers die naar de pabo willen komt apart nog 2,5 miljoen euro beschikbaar. Dit geld wordt vooral ingezet om de diversiteit op de pabo te bevorderen. Bussemaker en Dekker merken op dat de extra instroomeisen op de pabo ervoor hebben gezorgd dat veel minder mbo’ers doorstromen naar de pabo. Zij hebben bijvoorbeeld te maken met extra toetsen, die havisten en vwo’ers niet hoeven te doen. Daarbij wil het ministerie hen extra ondersteunen.
Ook de overgang van het hbo naar het wetenschappelijk onderwijs wordt aangepakt. Vanaf volgend collegejaar mogen instellingen maximaal het wettelijk collegegeld van om en nabij de 2.000 euro vragen voor een schakelprogramma. Nu betalen studenten in een schakelprogramma nog per studiepunt. Voor een schakelprogramma van 60 ects betaal je aan de UvA 2.970 euro. Studenten in zo’n programma kunnen bovendien geen aanspraak maken op beurzen of studieleningen van de Dienst Uitvoering Onderwijs.
Verder benadrukken Bussemaker en Dekker dat selectie aan de poort ‘geen groepen mag benadelen of de kansengelijkheid ondermijnen’. Instellingen die nu bijvoorbeeld selectiekosten berekenen aan aspirant-studenten mogen dat in de toekomst niet meer doen.
